In 1916 wordt Parkhurst de vertegenwoordigster van het Montessorionderwijs in Amerika. Parkhurst is er trots op dat ze door Montessori geautoriseerd is. En als supervisor en initiator van veel ontwikkelingen op landelijk niveau, ontwikkelt ze tal van nieuwe vaardigheden. Ze plant, organiseert en implementeert vernieuwingen. Bovendien heeft ze status. Parkhurst reist het hele land door en bezoekt school na school, maar langzamerhand voelt ze tijdens haar reizen haar energie wegvloeien. In 1917 besluit Parkhurst de samenwerking met Montessori te stoppen en zich helemaal te richten op haar eigen onderwijsvernieuwingsideeën.
Tijdens onze daltonopleiding werden wij nieuwsgierig naar de betrokkenheid van Helen Parkhurst bij het montessorionderwijs. Met een team van vier studenten besloten we deze kwestie nader te onderzoeken vanuit de onderzoeksvraag: wat dreef Parkhurst om met Montessori samen te werken en uiteindelijk de samenwerking weer stop te zetten? Om hier antwoord op te krijgen, hebben wij het ui-model van Korthagen toegepast om te reconstrueren hoe Parkhurst misschien gedacht zou kunnen hebben. Eerst hebben we vanuit literatuur en op basis van een interview met Parkhurstbiograaf René Berends gegevens verzameld waarmee we de ‘schillen’ van het ui-model inhoud konden geven. Daarna hebben we Parkhursts mogelijke reflecties op haar montessori-activiteiten beschreven in de ik-vorm alsof het een dagboek was van Parkhurst zelf.
Omgeving
Toen ik op school zat, verveelde ik mij en voelde ik mij niet serieus genomen. Ik kreeg voornamelijk klassikaal onderwijs. Ik wist toen al dat ik mijn onderwijs anders aan zou pakken. Toen ik 17 jaar was haalde ik mijn lesbevoegdheid. Op mijn 18e draaide ik mijn eerste klas. Om te voorkomen dat de oudste kinderen mij tegen zouden werken, vroeg ik hen mijn assistent te zijn. Elke hoek van het klaslokaal richtte ik in voor een bepaald schoolvak. Ik wilde de kinderen de vrijheid geven om in eigen tempo aan leertaken te werken. Ik heb tijdens een verlof colleges gevolgd bij Maria Montessori. Terug in Amerika ben ik voor Montessori gaan werken om bekendheid te geven aan het montessorionderwijs.
Gedrag
Door verhalen die rondgingen en de artikelen over het montessorionderwijs in de pers, besloot ik in 1913 bij Maria Montessori zelf in leer te gaan in Rome. Mijn plan was om te bewijzen dat de methode van Montessori niet juist was. Ik kwam er echter al snel achter dat mijn mening niet klopte en ik raakte overtuigd van de kennis van Montessori. Ik heb mijn eigen schooltje opgericht en andere scholen begeleid. Ook heb ik de Dalton Association opgezet.
Bekwaamheden/vaardigheden
Doordat ik al enkele jaren ervaring heb opgedaan in het onderwijs denk ik dat ik een goede lerares ben en mijn visie en kennis kan overbrengen op anderen. Ik doe dit door lezingen voor te bereiden en te geven aan collega’s. Ik heb een duidelijk beeld voor ogen en doe er alles aan om mijn idealen en doelen te bereiken. Ik wil dat kinderen meer en beter gaan leren.
Overtuiging
Ik vind dat de maatschappij mensen nodig heeft die onbevreesd en vol zelfvertrouwen in het leven staan. Om dit te bereiken moeten kinderen dus zoveel mogelijk een eigen sterke persoonlijkheid ontwikkelen. Het is belangrijk dat kinderen leren leren, en dan ook leren werken en vooral zelf problemen leren oplossen. Ik vind dat leerlingen moeten leren om te leven als lid van een gemeenschap, waarin je voor elkaar zorgt en elkaar helpt. Samenwerking is dus belangrijk.
Identiteit
Ik ben iemand die graag met kinderen samenwerkt. Mijn pedagogiek kan als volgt geschetst worden: De leerkracht luistert heel goed naar wat kinderen zeggen en hoe zij het zeggen. Ook stimuleert de leerkracht het onderlinge luisteren van kinderen. Ik ben van mening dat de rol van de docent veel meer op begeleiden en coachen gericht moet zijn, dan puur gericht op de overdracht van kennis. Deze opvatting komt voort uit mijn mensbeeld, namelijk dat volgens mijn pedagogiek kinderen in staat zijn om verantwoordelijkheid te dragen.
Betrokkenheid
Ik ben de grondlegster van het daltononderwijs.
Ik ben er om een nieuw soort vernieuwingsonderwijs de wereld in te brengen. Een onderwijsvorm waarbij het beste uit de leerlingen wordt gehaald. Het gaat om de twee grote principes: vrijheid in gebondenheid en samenwerken. Dit zou fundamenteel zijn voor goed onderwijs. Ik heb een hoop geleerd in het montessorionderwijs, maar ik vind dat de leidsters verlamd werden door de strikte regels binnen het montessorionderwijs. Dit wil ik niet laten gebeuren in mijn onderwijs. Wat ik vooral wil is dat de kinderen op een leuke manier leren, van de leerkracht en van elkaar en natuurlijk van zichzelf. Mijn missie is om dit over te brengen op andere leerkrachten, zodat het onderwijs verbetert in de wereld.
Conclusie
Montessori en ik hebben allebei vanuit onze motivatie gedacht. Mijn oorspronkelijke onderwijsidee was bedoeld voor kinderen vanaf 9 jaar. De kleuterschool was bij mij ook nog montessoriaans. Wat ik heb ervaren als representant van Montessori is dat ik niet kon leiden en opzetten. Ik kon groepen mensen inspireren, maar het managen, opleiden en organiseren kon ik niet. Misschien is mijn mislukking van de montessoribeweging reden geweest om zelf niet te beginnen aan een daltonvereniging. Ik ben gestart met mijn eigen school en heb ook de Dalton Association opgezet. Dit heb ik in mijn eentje gedaan, omdat ik geen manager was, maar een inspirator en pionier. Een echte daltonvereniging werd door anderen opgezet, niet door mijzelf.
Mijn eigen gedachten over mijn onderwijs en ook mijn experimenten had ik stilgelegd, maar deze wilde ik weer oppakken. Dit was voor mij het moment om te breken met Maria Montessori. Dit gaf mij de kans om mijn eigen vernieuwingsonderwijs op te pakken.
Voor ons onderzoek was het erg interessant om ons verder te verdiepen in de visie van Parkhurst. Om antwoord te krijgen op de hoofdvraag ‘Wat dreef Parkhurst om met Montessori samen te werken en uiteindelijk de samenwerking stop te zetten?’ hebben we Parkhurst laten reflecteren op meerdere gedachten en ervaringen. Uit het feit dat Parkhurst voor Montessori ging werken om het montessorionderwijs bekend te maken in Amerika, blijkt dat het contact met Montessori goed was. Toch besloot Parkhurst uiteindelijk om zelfstandig door te gaan, omdat zij andere onderwijsideeën had voor de oudere kinderen.
Het was erg interessant om in het hoofd van Parkhurst te kruipen en zo te leren hoe je met een andere blik of ‘open-minded’ een vraagstuk kunt benaderen.
Berends, R. (2011). Helen Parkhurst grondlegster van het daltononderwijs. Deventer: Saxion Dalton University Press.Berends, R. & Sanders, L. (2014). Daltononderwijs in Nederland. De geschiedenis vanaf 1924. Deventer: Saxion Dalton University Press.Korthagen, F.A.J. (2001). Waar doen we het voor? Op zoek naar de essentie van goed leraarschap. Oratie Utrecht: WCC.Nederlandse Dalton Vereniging. (2014). Helen Parkhurst. Geraadpleegd op 27 april 2015 van NDV van: http://www.dalton.nl/ daltononderwijs/helen-parkhurst.Ploeg, P. van der (2010). Dalton Plan: oorsprong en theorie van het daltononderwijs. Deventer: Saxion Dalton University Press.
Auteur: Stacy Immers is daltonstudent op HU-pabo Instituut Theo Thijssen van Hogeschool Utrecht
Beeld: archief Berends