Vier jaar geleden op de tweejaarlijkse conferentie van de NDV hield de toenmalige inspecteur-generaal van het onderwijs een inleiding waarin zij met veel zelfgenoegzaamheid meedeelde dat dalton zich niet ongerust hoefde te maken. Uit onderzoek bleek namelijk dat de cognitieve resultaten van de daltonbasisscholen niet afweken van de resultaten van reguliere scholen. Niemand in de zaal reageerde. Ik wilde opstaan en een paar kritische vragen op haar afvuren. Maar mijn dochter, die naast me zat, schopte mij tegen mijn schenen en siste tussen haar tanden: “Blijf zitten!” Braaf bleef ik zitten.
Vervolgens las ik in de DaltonVisie van september 2015 dat Sins en Van der Zee uit onderzoek concluderen dat er geen verschillen zijn in toegevoegde waarde tussen daltonbasisscholen en traditionele basischolen, zowel bij cognitieve als niet-cognitieve prestaties van leerlingen.
En ik maar overal in de wereld verkondigen dat goed daltononderwijs betere cognitieve resultaten oplevert. Uiteraard wel met de nadruk op goed. Over de niet-cognitieve aspecten wil ik niet eens praten. Dat is evident. De vraag is relevant: hoe ga ik met mijn frustratie om?
Misschien word ik wel geholpen door het lectoraat zelf? De betreffende onderzoekers schrijven zelf al te hopen dat het artikel discussie zal oproepen over de waarde van dit type onderzoek. Daarnaast herinner ik mij nog dat onze vorige daltonlector, Piet van der Ploeg, wetenschappelijk aangetoond heeft dat het begrip ´vrijheid´ niet effectief is als het gaat om cognitieve opbrengsten. Dat paste natuurlijk prachtig in mijn straatje, omdat ik al jaren promoot om ´vrijheid´ te vervangen door ´verantwoordelijkheid´.
Hoe is de ‘bom’ van Van der Ploeg toen in dalton-Nederland ingeslagen? Niet dus! Er is nooit officieel op gereageerd. Daarbij komt nog Piet van der Ploeg zelf als ´explosievenopruimingsdienst´ heeft gefunctioneerd en de bom onschadelijk heeft gemaakt door te zeggen dat “het wel mee [viel], er zit niet zoveel vrijheid in ons praktisch daltononderwijs”. Dat vond ik toen niet zo wetenschappelijk! Maar hopen dat het nu ook ‘meevalt’. De tijd zal het leren.
De tijd zal ook leren of de ´bijna-slogan´ De taak hoeft niet af als de doelen maar gehaald worden voeten in de daltonaarde krijgt. In cursussen word ik steeds vaker geconfronteerd met bovenstaande slogan. Een coördinator liet mij zelfs het officiële visitatieverslag van de school inzien, waarin de voorzitter van de visitatiecommissie concludeert: “De school gaat uit van het principe de taak hoeft niet af als de doelen maar gehaald worden. Deze school is op de goede weg.”
De redactie van DaltonVisie zou déze stelling in de rubriek Eens-oneens kunnen opnemen en reacties vragen uit het veld. Dan geef ik hier alvast mijn voorzetje die iedere gemiddelde spits kan inkoppen. Ik vind deze stelling grote onzin! Natuurlijk gaat het om de doelen die gehaald moeten worden. Maar de taak is het middel, de didactische werkvorm om die doelen te behalen. Er wordt in deze stelling voorbijgegaan aan het pedagogische aspect van de taak, het stimuleren van verantwoordelijkheid en zelfstandigheid.
Ik ben mij bewust dat ik nog al kort door de bocht ga. Vernieuwing binnen ons daltononderwijs is noodzakelijk. Daar pleit ik mijn hele leven al voor. Maar vernieuwing moet meerwaarde hebben. In dit kader bevind ik mij in goed gezelschap, want onze voorzitter Willem Wagenaar zegt in zijn artikel ´Trots op dalton´ (DaltonVisie juni 2015): “Ik hoop dat er velen met mij zijn die de daltoncultuur op hun school bewaken en oog blijven houden voor vernieuwingen.
Auteur: Hans Wenke is senior-daltonopleider en -adviseur en onder andere auteur van diverse daltonpublicaties.
Beeld: DaltonVisie